De stier Grashoek Massimo (Bolt x Solero x O-Man) beschikt over veel melktype en een mooie balans. In zijn afstamming vinden we stuk voor stuk betrouwbare eiwitstieren waarvan de dochters een mooie progressie over de lactaties en een persistente melkproductie weten te realiseren. Daar het aan de eiwit- en productie-aanleg van zijn moederlijn ook zeker niet zal liggen, mag van Massimo verwacht worden dat hij voor veel rendement zal gaan zorgen bij zijn nakomelingen.
Massimo’s vader Bolt kan omschreven worden als een zeer solide stier. Zijn nagenoeg foutloze productie- (met een flinke plus voor eiwit) en exterieurvererving (o.a. beste uiers) zijn hier het bewijs van, evenals zijn zeer goede cijfers voor uiergezondheid en vruchtbaarheid. Dit alles gebaseerd op een groot aantal dochters waarvan de oudsten inmiddels al vierde kalfs zijn.
In de Massia-stam heeft Massimo een moederlijn die grote bekendheid geniet. Deze, tot op heden met name binnen roodbont, succesvolle koefamilie staat voor degelijk exterieur en goede gehalten. Eén van de bekendste koeien van deze lijn is de excellente Massia 21, o.a. de moeder van de stieren Curtis en Kairo. Via een volle zus van deze stieren komen we vervolgens bij Massia 172, de grootmoeder van Massimo. Met een levensproductie van ruim 65.000 kg melk en een gemiddelde lactatiewaarde van 118 heeft zij het op productie gebied zeer goed gedaan.
Haar dochter Massia 246 (Massimo’s moeder) doet er aan productie nog een schepje bij boven op. Deze dochter van outcross stier Solero realiseert zelfs een gemiddelde lactatiewaarde over de lijsten van 126. Inmiddels heeft Massia 246 zes melkgevende dochters, vaarzen die zowel qua productie als exterieur de hoog gespannen verwachtingen waar maken. Deze halfzusters van Massimo scoren gemiddeld 84.5 voor algemeen voorkomen en een gemiddelde lactatiewaarde van 112. Onder hen Massia 270, een met 89 punten Novastar-dochter (een volle zus van SAMEN-stier Movistar), goed voor een lactatiewaarde van 114 en 4% eiwit.